Negativiteit, nostalgie en achterblijven in de woestijn 

‹ Terug naar overzicht
Geplaatst op:
“Met mij gaat het goed, met ons gaat het slecht.” Misschien heb je deze uitspraak wel gehoord afgelopen tijd. Veel mensen zien dat het mis gaat met onze samenleving, ook al hebben ze er zelf nog niet echt last van. Psychiater Esther van Fenema schreef er een boek over: Het verlaten individu. Waarom voelen we ons zo leeg? Of denk aan alle mogelijke politieke crises die steeds weer onderwerp van gesprek zijn. 

Door ds. Mart Jan Luteijn, Vuren 

Op dit moment merk ik daarin weinig verschil tussen christenen en niet-christenen. Iedereen is hierdoor geraakt. Het maakt ons leven negatief gekleurd, het maakt ons pessimistisch, we zijn soms zelfs uitzichtloos. De meeste gesprekken die ik voer doordeweeks gaan hierover. De gezellige dorpscultuur die is verdwenen. De jeugd die niet meer naar de kerk komt. De boeren die steeds maar weer worden weggepest. Er is genoeg om op te noemen…
Toch denk ik dat er nog een ander verhaal is. Over de God die juist een uitweg baant. Die de toekomst voor ons opent. Ons op de weg plaatst naar het beloofde land en het hemelse Jeruzalem. Dat plaatst de dingen toch in perspectief. Als christenen mogen we zeker kritiek hebben op onze cultuur en samenleving. Maar dan moeten we tegelijkertijd ook weet hebben van het Koninkrijk dat komt – ook door lijden en verdrukking heen.
We leven in de veertigdagentijd. Die heeft ook te maken met de veertigjarige woestijnreis van het volk Israël na de bevrijding. En onder die generatie zag je precies hetzelfde probleem: mensen die de hoop hadden opgegeven, die die het niet aandurfden om de problemen te bevechten, maar liever terug wilden naar Egypte. Die uiteindelijk een slavenmaatschappij verkozen boven een leven in vrijheid met de Heer.
Nostalgie heet dat ook wel. Alsof het vroeger altijd beter was. Het verleden wordt dan verheerlijkt. Maar we kunnen niet terug. We hebben juist de opdracht om vooruit te kijken. Dat neemt niet alle problemen weg, maar geeft wel zicht op iets beters. Eerlijk gezegd geloof ik ook niet dat die problemen van onze tijd zoveel erger zijn dan vroeger, toen er bijvoorbeeld nog veel kindersterfte was door slechte gezondheidszorg en vrouwen geen keuze hadden om te studeren of te werken.
Het valt mij verder op dat dit gevoel van nostalgie iets is van alle generaties. Ouderen verlangen naar een minder complexe tijd, maar ook voor veel twintigers gaat de tijd ‘te snel’. Er zijn bijvoorbeeld oplevingen van computerspellen uit de jaren ‘90. Technisch gezien minder ontwikkeld en het ziet er ook nog eens minder mooi uit. Toch trekt het aan. Want dan heb je een gevoel van controle, je weet wat je hebt.
Misschien geldt hetzelfde wel voor het vasthouden aan oude liedbundels of aan de tale Kanaäns. Maar volgens mij is dat juist niet iets van het beloofde land. Het lijkt meer op het leven van de generatie die uiteindelijk in de woestijn achterbleef om te sterven. Want zonder toekomstperspectief, zonder hoop wordt het leven zwaar. Zo gaat nostalgie uiteindelijk ten koste van jezelf, van je eigen levensvreugde en geloofsvertrouwen.
Wat dan wel? Het kruis van Christus heeft ons ook verlost van al onze negativiteit. Daarom mogen wij leven vanuit dankbaarheid en vreugde met God. Natuurlijk zullen er ook negatieve dingen op ons pad komen – al hadden wij misschien een fijner leven verwacht. In plaats daarvan mogen ermee leren omgaan, ook met de problemen. Om samen met Hem te genieten van zijn schepping, zonder al te veel zorgen. Dan zijn wij werkelijk vrij en veilig!

Mijn Verlosser hangt aan ‘t kruis.
Zou ik dan in droeve dagen
troost’loos klagen?
Als ik naar zijn kruis mij richt,
valt mijn eigen last mij licht.